We gebruiken ze dagelijks en zonder veel nadenken, maar hoe zijn het toetsenbord en de muis ontstaan? Waarom heet een muis een muis? Welke soorten toetsenborden zijn er? We vertellen je er alles over in deze blog.
De eerste typemachines hadden een toetsenbord in alfabetische volgorde. Een vrij logische keuze, die in de praktijk niet heel handig bleek. Bij deze indeling liggen letters die veel gebruikt worden namelijk dicht bij elkaar. Daardoor raakten de hamertjes van de lettertjes regelmatig in de war. Sneller typen dan 150 aanslagen per minuut was daardoor in de praktijk onmogelijk. Vandaag de dag typt een ervaren typiste met een typesnelheid van 350 aanslagen per minuut. Die kluwens letterhamertjes zorgden dus voor een serieuze vertraging. Reden voor Christopher Sholes, de uitvinder van de eerste schrijfmachine, om aan de slag te gaan met de volgorde.
Na veel gepuzzel kwam hij uit bij de toetsenbordindeling die vandaag de dag het meest gebruikt is: de QWERTY-indeling (voor nog veel meer ICT-afkortingen zie deze blog van een paar weken geleden), vernoemd naar de eerste zes letters van de bovenste letterrij. Deze indeling werd in 1873 in gebruik genomen door Remington, van oorsprong een vuurwapenbedrijf dat later een toonaangevend bedrijf in kantoorapparatuur werd. Inmiddels vormen de letterhamertjes natuurlijk geen beperking meer, maar omdat de QWERTY-indeling zo ingeburgerd is, blijft het toetsenbord zoals het is en staat niemand te springen om terug te gaan naar de alfabetische indeling.
Schrijfmachine met QWERTY-indeling
In Nederland en vrijwel alle andere landen waar het Latijnse schrift wordt gebruikt, werken we met het QWERTY-toetsenbord. Daar zijn echter twee varianten van: QWERTY Nederlands en QWERTY Internationaal. De Nederlandse variant heeft een verticale Entertoets, de backslash (/) zit linksonder de Entertoets en links zit een kleinere Shift-toets met een tilde-toets (~) ernaast, op de toets van de 2 zit een euroteken. De internationale variant heeft een horizontale Entertoets, er zit een bredere Shift-toets aan de linkerkant, en de Backslash zit rechtsboven de Entertoets. De tilde-toets zit links naast de 1 en het euroteken ontbreekt op de 2. Veel softwareontwikkeling gebeurt op QWERTY-toetsenborden, omdat de belangrijke toetsen {, @, / en makkelijk bereikbaar zijn, in tegenstelling tot bij de AZERTY-indeling.
Het toetsenbord dat voornamelijk in Frankrijk en België is het AZERTY-toetsenbord, ook vernoemd naar de eerste zes letters van de bovenste letterrij. Azertytoetsenborden zijn speciaal geschikt voor het Frans: de accentletters die in die taal het vaakst worden gebruikt, namelijk à, ç, é, è en ù, hebben elk een eigen toets.
Retro toetsenbord (compleet met floppy disks)
In landen waar Duits wordt gesproken en een aantal landen van het voormalig Oostblok, zien we vaak de QWERTZ-indeling. De reden is dat de Z in het Duits veel vaker wordt gebruikt dan de Y. De varianten van het QWERTZ-toetsenbord hebben aparte toetsen voor speciale letters, zoals de umlaut op Ä, Ö en Ü op het Duitse en Zwitsers-Duitse toetsenbord, of letters met een haček op het Tsjechische en Slowaakse toetsenbord.
Maar hoe werkt dat nu eigenlijk in landen als China, Vietnam en Rusland, waar totaal andere tekens gebruikt worden? In vrijwel alle landen wordt het QWERTY-toetsenbord gebruikt. Zo wordt in Rusland bijvoorbeeld het QWERTY-toetsenbord gebruikt, ondersteund met software om een toetsenbordindeling te maken waarbij de cyrillische letters onder die Latijnse letters terug te vinden zijn waar ze wat klank of vorm betreft het meest op lijken. Hanzi, het Chinese schrift, kent zo’n 56.000 unieke tekens. Dat past uiteraard op geen enkel toetsenbord. Het meest gebruikte systeem is het Pinyin-systeem. Wie dit systeem hanteert, typt het woord fonetisch, waarbij de westerse letters en een gewoon QWERTY-toetsenbord gebruikt worden. De software probeert vervolgens te raden welk woord wordt bedoeld. Is het niet helemaal duidelijk? Dan verschijnen de verschillende opties waaruit gekozen kan worden.
Muis zoals je hem in de jaren ’80 veel zag
De muis werd in 1963-1964 ontwikkeld door Douglas Engelbart en William English aan het Stanford Research Institute (SRI). De oorspronkelijke naam voor de muis is de ‘X-Y Position Indicator for a Display System’ ofwel ‘X-Y Positie-indicator voor een Beeldschermsysteem’: een aanwijs- en invoerapparaat. Op de eerste muis zat maar één knop, snel werden dat er drie. De beperkende factor zat ‘m in die tijd in het formaat: de drukschakelaars die oorspronkelijk werden gebruikt, waren nogal groot, zodat de muis al snel reusachtige vormen aannam.
In eerste instantie werd de muis aangesloten op een computer via de seriële poort. Later werd een PS/2-interface gebruikt. Moderne muizen hebben een USB-stekker of ze werken draadloos. De verbinding gebeurt met een snoer of via een draadloos netwerk. De verplaatsing van een muis wordt digitaal gemeten. De eenheid noemen we mickey, naar die ene wereldberoemde muis van Disney. Het stuurprogramma van de muis ziet dan bijvoorbeeld dat de muis vijf mickeys omhoog is geschoven. Er zijn inmiddels veel varianten van de muis op de markt. Zo kennen we de mechanische muis met de kogel, de optische muis met een led of een laser en mini-CCD-camera, de trackball met het rolletje op de rug van de muis, de pen-tabletcombinatie, de penmuis en de touchpads. Voor mensen die geen muis kunnen hanteren, bestaan er ook systemen die met hoofd-, oog- of voetbewegingen bediend kunnen worden.
Wij hebben een passie voor technologie. Maar wat we het allerliefste doen is die technologie inzetten om onze klanten een stap verder te helpen. En dat doen we graag face-to-face, als het even kan in levenden lijve, zolang dat niet mag, lossen we dat virtueel op. Wil jij ook de volgende stap zetten in de digitale transformatie van je bedrijf, om zo de toekomstbestendigheid, het succes en de vitaliteit van je organisatie te borgen? Neem gerust vrijblijvend contact met ons op. We denken graag met je mee.